Het is eigenlijk een wonder dat Nedcar uit Limburg het zo lang heeft
volgehouden en in het Japanse Mitubishi een opdrachtgever had gevonden. De
auto-industrie kampt wereldwijd met enorme overcapaciteit. Iedereen in de
industrie is het er al jaren over eens dat veel fabrieken moeten sluiten.

Kansloos
De Limburgse autofabriek Nedcar, een dochter van het Japanse Mitsubishi, is
in het gevecht om auto’s te mogen produceren eigenlijk bij voorbaat
kansloos. Dat heeft niets met de fabriek of de kwaliteit van de geleverde
productie te maken, maar alles met het feit dat het bedrijf in Nederland
staat.

Ten eerste is auto’s assembleren in Nederland relatief duur. De lonen zijn
hier stukken hoger dan in Polen, Slowakije of Roemenië.

Ten tweede kent Nederland geen eigen automerken. Dat lijkt misschien triviaal,
maar is van het grootste belang als je als grote West-Europese autofabriek
wilt overleven.

Bij het verplaatsen van de productie en assemblage van auto’s naar
lagelonenlonden is er een sterke tendens de fabrieken in het thuisland
zoveel mogelijk te sparen, zo constateerde de Duitse autoprofessor Ferdinand
Dudenhöffer twee
jaar geleden al.
.

Het is niet eerlijk, en verrre van rationeel, maar wel een feit. Onder
autofabrikanten geldt 'eigen land eerst'. In dit geval dus ook voor
Mitsubishi, dat Nedcar opgeeft en zo Japanse autofabrieken een beetje lucht
geeft.

Opel Antwerpen
Een treffend voorbeeld is ook het Duitse Opel. Het automerk wist op het
nippertje de crisis van 2009 te overleven, mede dankzij stimulerende
maatregelingen voor de autoverkoop door de Duitse overheid, maar er moesten
wel fabrieken sluiten.

Opel in Antwerpen, zeker niet de minst efficiënte productiefaciliteit van het
merk, ging dicht. Had men puur gekeken naar de kosten, dan had het sluiten
van een Duitse fabriek misschien meer voor de hand gelegen. Maar ja, Opel
had de steun van de Duitse overheid veel te hard nodig. De Duitsers kwamen
er relatief goed vanaf.

Auto-industrie
De vraag is of we het zo heel erg moeten vinden als Nedcar de poorten sluit.
Voor Limburg, en zeker voor de betrokken werknemers is het triest, daarover
geen discussie. Maar soms is het nu eenmaal beter om je bij het
onvermijdelijke neer te leggen.

De schade die het verdwijnen van NedCar teweegbrengt aan de Nederlandse
auto-industrie, is waarschijnlijk gering. De aantallen auto's die de laatste
jaren in Born werden gebouwd, stelden niet heel veel meer voor. In het jaar
2000 rolden er nog 215 duizend auto's van de band, de laatse jaren waren het
er, als het mee zat, 70 duizend.

De neergang van NedCar heeft tot nog toe geen rampzalige gevolgen gehad voor
de sector. Het gaat namelijk, rekening houdend met de recessie, helemaal
niet zo slecht met de Nederlandse auto-industrie waar volgens de het
ministerie van Economische zaken nog steeds 45 duizend mensen werkzaam zijn.

Daf Trucks is een gezond bedrijf, VDL bouwt bussen voor de gehele wereld en
Bosal uit Alkmaar is een wereldspeler op het gebied van uitlaten en
trekhaken. En dan zijn er nog vele, kleine toeleveranciers die met succes
zaken doen met autofabrikanten uit met name Duitsland.

Als NedCar de deuren sluit komt er, 37 jaar na de overname van DAF door Volvo,
een einde aan de assemblage van personenauto's in Nederland. Dat is jammer,
maar net zo onvermijdelijk als de sluiting van de laatste Limburgse mijn in
1973.

Lees ook:

Doek valt voor NedCar

Mitsubishi stopt productie bij NedCar in Born

Gouverneur Limburg zeer teleurgesteld

Kamer wil vertrouwelijk overleg over Nedcar

PvdA en SP willen spoeddebat provincie

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl